Gemeente Amsterdam

Commissie Omgevingskwaliteit De Schoonheid van Amsterdam

Welstandsgegevens voor dit adres

ADMIRAAL DE RUIJTERWEG 363
 
Zaaknummer: 41655
Aanvraagnummer:
Advies aan: West
 
Bouwaanvraag - - gevelwijziging
Behandeld: 05-01-2005 door Commissie II


De commissie heeft in principe geen bezwaar tegen het voorliggende bouwplan, waarbij één kanttekening is gemaakt. De beide te realiseren ramen bevinden zich in een stuk metselwerk dat geheel vlak is. De commissie is van mening dat daarom de beide kozijnen op een gelijke rollaag moeten worden geplaatst. Dit in tegenstelling tot de in 1949 vergunde ramen, waar een uitstekende rollaag onder één van de twee kozijnen een verwijzing vormt naar een lager gesitueerde reliëf in de gemetselde gevel. De commissie is van mening dat gelijke rollagen een rustiger gevelbeeld zullen opleveren. Dit is tevens de rollaag die verder in de gehele gevelwand ter plaatse van het vlakke metselwerk is toegepast.
De commissie stemt dus in met de terugliggende rollaag onder beide kozijnen, zoals deze is aangegeven in de doorsnede CC'.
Bouwaanvraag - - gevelwijziging
Behandeld: 01-12-2004 door Commissie II


Aanhouden. De aangeleverde tekeningen zijn voor de commissie niet overtuigend genoeg. De aansluiting van de kozijnen met het metselwerk ontbreekt. Verder is niet inzichtelijk gemaakt of de maatvoering van deze kozijnen nu overeen komt met de in 1949 vergunde kozijnen in de bovenverdieping van huisnummer 339. De commissie acht het van groot belang, dat (bij een eventuele instemming met een dergelijk voorstel) het plan zeer secuur en conform de reeds bestaande detailleringen wordt uitgevoerd, om een rommelig gevelbeeld te voorkomen.
Bouwaanvraag - - gevelwijziging
Behandeld: 17-11-2004 door Commissie II


Heroverweging n.a.v. een tekening van de volledige straatwand en aanvullende informatie.
De commissie constateert dat hier sprake is van een specifieke situatie die het mogelijk maakt van het in de welstandsnota uitgezette beleid af te wijken en het aanbrengen van nieuwe kozijnopeningen in de straatgevel toe te staan.
Typerend voor de karakteristiek van de straatwanden van de architectuur van de gordel '20-'40 zijn immers de vrijwel gesloten gemetselde vlakken van de bovenlaag, waarin slechts incidenteel kleine openingen zijn aangebracht.
Voor de commissie is het van belang dat deze bovenlaag zijn gesloten karakter behoudt. Gezien de specifieke compositie van dit blok, waarbij de ritmiek van in de gevel geplaatste gemetselde schoorstenen een grote rol speelt, acht de commissie het mogelijk aan weerskanten van deze schoorstenen nieuwe gevelopeningen aan te brengen, zonder dat de gesloten karakteristiek van deze bovenlaag wordt aangetast.
De commissie stelt echter strikte voorwaarden aan deze gevelwijziging:
- het aanbrengen van nieuwe gevelopeningen dient beperkt te blijven tot de weerszijden van deze schoorstenen, en nooit plaats te vinden ter plaatse van het siermetselwerk dan wel ter plaatse van de reeds bestaande kleine gevelopeningen in de gemetselde vlakken tussen deze schoorstenen. Dit houdt in dat de tussenwoningen (woningen die niet naast een schoorsteen zijn gesitueerd) niet in aanmerking komen voor kozijnveranderingen en/of toevoegingen van ramen. Hierdoor zou immers het gesloten karakter van deze bovenste laag definitief verloren gaan. Daarbij komt dat bij deze tussenwoningen op de zolder reeds twee (weliswaar kleine ramen) aanwezig zijn. Extra daglicht dient daar door toepassing van daklichten gerealiseerd te worden.
- de nieuwe gevelkozijnen dienen wat vormgeving en detaillering betreft volledig overeen te stemmen met de bestaande gevelkozijnen. De bovenlichten van deze kozijnen zijn echter minder hoog van afmeting dan die van kozijnen op de 1e t/m 2e verdiepingvloer.
- de rollaag onder deze kozijnen dient uitgevoerd te worden als oorspronkelijk.
- voor de definitieve goedkeuring dient een gedetailleerde tekening van de nieuwe gevelkozijnen aan de commissie te worden voorgelegd.
De commissie benadrukt tenslotte dat het hier een uitzondering betreft, geënt op deze specifieke situatie, en dat van deze goedkeuring geen precedentwerking mag uitgaan.
Bouwaanvraag - - gevelwijziging
Behandeld: 20-10-2004 door Commissie II

Bezwaar
Als beleidskader geldt de Welstandsnota Bos en Lommer 2004, inclusief bijlage 1: Criteria voor het veranderen van bouwkunst uit de periode 1870 - 1940, Tabel 2 Criteria bouwkunst 1920-1940. De orde en zone kaart geeft voor dit pand architectuurorde Basis aan.
Orde Basis wil zeggen: De oorspronkelijke architectonische karakteristiek vormt het uitgangspunt; afwijking van de oorspronkelijke gevelelementen in vorm, maat, materiaal, detaillering, verhouding en kleur zijn denkbaar, mits deze niet leiden tot een visuele verstoring van de architectuureenheid als geheel en van het straatbeeld.
De commissie heeft bezwaar tegen de voorgestelde plaatsing van kozijnen in de bovenste laag van deze voorgevels. Het betreft hier een pand dat deel uitmaakt van een ensemble. De voorgestelde ingreep verstoort de eenduidigheid van dit ensemble en tast tevens de ritmiek van de bestaande ramen in de bovenste laag aan, die zeer karakteristiek is voor deze architectuur. Daarbij komt dat deze architectuur een duidelijke opbouw heeft in een onderbouw, een middenstuk en een bovenbouw. De voorgestelde kozijnen maken de bovenbouw gelijk aan het middenstuk, wat een onaanvaardbare aantasting van dit pand en deze architectuur tot gevolg heeft.
Het feit dat er in 1949 wel een bouwvergunning voor het plaatsen van twee kozijnen in het bovenste deel van de gevel is afgegeven, is nu voor de commissie geen reden om van het huidige beleid af te wijken.

Adres

Amsterdam Admiraal De Ruijterweg 363 1

Criteria zoeken

Adviezen zoeken